Herbeoordeling letselschade door duik in ondiep water

Een man duikt in Amsterdam het water in. De bodem is niet diep genoeg en de man raakt ernstig gewond. In een deelgeschil wijst de rechter de aansprakelijkheid af. In een bodemprocedure bij de rechtbank blijkt echter dat de rechter in het deelgeschil is uitgegaan van verkeerde informatie. De rechter in de bodem procedure beoordeelt de aansprakelijkheid daarom opnieuw. Op de plek waar de man het water in dook, geldt geen zwemverbod. In de deelgeschilprocedure ging de rechter er wel vanuit dat zwemmen ter plaatse verboden was.

Deze uitspraak betreft een herbeoordeling van een uitspraak die wij eerder bespraken op deze website. De rechter ging in de eerder beoordeling ten onrechte uit van een zwemverbod. In deze procedure blijkt dat zwemmen ter plaatse was toegestaan en door de gemeente werd gepromoot. In tegenstelling tot de rechter in het deelgeschil beslist de rechter in deze procedure dat de gemeente Amsterdam aansprakelijk is voor de letselschade die ontstond door een duik in ondiep water.

Terugkomen van beslissing deelgeschil

Een deelgeschilprocedure is een korte procedure bij de rechtbank waarin een rechter een oordeel geeft over een onderdeel van het geschil. Met de uitspraak in het deelgeschil kunnen de partijen (hopelijk) zelf een regeling treffen over de schade. De rechter in de bodemprocedure is in principe gebonden aan de uitspraak in het deelgeschil. Maar als er, zoals in dit geval, is uitgegaan van de verkeerde feiten dan kan de rechter terugkomen op de beslissing in het deelgeschil:

‘De eisen van de goede procesorde kunnen meebrengen dat de rechter van zo’n eindbeslissing terugkomt. Een van deze redenen is dat de rechter bevoegd is een eindbeslissing te heroverwegen als hem is gebleken dat die eindbeslissing berust op een onjuiste juridische of feitelijke grondslag en handhaving van deze onjuiste lezing zou leiden tot een einduitspraak waarvan hij overtuigd is dat deze ondeugdelijk is.’

Herbeoordeling letselschade door duik in ondiep water, letselschade duik in ondiep water, Rechtbank Amsterdam 21 februari 2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:1019

Herbeoordeling aansprakelijkheid gemeente voor duik in ondiep water

Of de beheerder van het zwemwater aansprakelijk is voor de letselschade is afhankelijk van de vraag of er sprake is van gevaarzetting. Dit betekent dat gekeken wordt of de situatie dusdanig gevaarlijk is dat de gemeente maatregelen had moeten nemen. De rechter beoordeelt de aansprakelijkheid van de gemeente (beheerder van het zwemwater) aan de hand van de kelderluikcriteria:

‘Bij de beoordeling dient met name in aanmerking te worden genomen (i) in hoeverre niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid waarschijnlijk is, (ii) hoe groot de kans is dat daaruit ongevallen ontstaan, (iii) hoe ernstig de gevolgen kunnen zijn, en (iv) in hoeverre het nemen van veiligheidsmaatregelen bezwaarlijk is.’

Beoordeling aansprakelijkheid voor duik in ondiep water

De plek aan het IJ wordt door de gemeente omschreven als een wildzwemplek. In tegenstelling tot de eerdere beoordeling is nu dus het uitgangspunt dat de gemeente zwemmen ter plaatse toestond en bevorderde:

‘Het oordeel in de deelgeschilbeschikking dat de gemeente dus niet (actief) de indruk heeft gewekt dat op deze voor het publiek toegankelijke locatie mag en kan worden gezwommen, is dus onjuist.’

De bodem van het water is ter plaatse niet altijd zichtbaar. He6t benoemen van deze plaats als een wildzwemplek in combinatie met de ondiepte van het water zorgen er voor dat er sprake is van een gevaarlijke situatie:

‘Het gevaar doet zich voor als iemand in het ondiepe deel duikt of springt. De bodem van het ondiepe deel is namelijk niet steeds zichtbaar, althans niet onder alle weersomstandigheden en bij elke lichtinval. Doordat de gemeente de Bogortuin als wildzwemplek beschouwt – een plek waar je mag zwemmen – en deze ook als zodanig (direct of indirect) promoot en ook faciliteert, heeft zij een situatie in het leven geroepen die inderdaad bij niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid gevaarlijk is.’

Op warme dagen is het ter plaatse druk. Duiken in ondiep water is gevaarlijk. Een groot aantal zwemmers betekent ook een groot aantal potentiële duikers. De kans op ongevallen is daarom volgens de rechter groot:

‘De kans dat uit dat gedrag ongevallen ontstaan wordt in dit voor publiek toegankelijk, op zomerse dagen druk bezochte gebied, groot geacht. Buiten discussie staat dat het duiken of springen in ondiep water zeer ernstige gevolgen kan hebben.’

Gezien de grote kans op ongelukken en de mogelijk ernstige gevolgen van duiken in ondiep water, had de gemeente veiligheidsmaatregelen moeten nemen. De rechter vindt dat de gemeente waarschuwingsborden had moeten plaatsen. Omdat de gemeente onvoldoende veiligheidsmaatregelen nam om het aanzienlijke risico op letselschade op deze wildzwemplek te voorkomen, is de gemeente aansprakelijk voor de letselschade van het slachtoffer:

‘Bij deze stand van zaken was onoplettend en onvoorzichtig gedrag van bezoekers van de Bogortuin in die mate voorzienbaar dat de gemeente verplicht was bij de Bogortuin veiligheidsmaatregelen te treffen om een gevaarlijke situatie te voorkomen, in die zin dat zij bezoekers moest waarschuwen voor het ondiepe deel in het water aldaar. Niet valt in te zien dat het treffen van een dergelijke maatregel (dieptes ter plaatse aangeven met pictogrammen of borden) bezwaarlijk is en niet van de gemeente kan worden gevergd.’

Eigen schuld en billijkheidscorrectie

De rechter stelt vast dat de gemeente aansprakelijk is. Vervolgens kijkt de rechter naar het eigen aandeel van het slachtoffer in het ontstaan van de letselschade. De rechter vindt dat er sprake is van 50% eigen schuld. Het slachtoffer dook zonder te weten hoe diep het water was en zonder de bodem te zien, op een plek die geen officiële zwemplaats was het water in. Omdat het slachtoffer ernstig gewond raakte en omdat de gemeente verzekerd is tegen deze schade past de rechter een billijkheidscorrectie toe. De gemeente moet 80% van de schade vergoeden:

‘De rechtbank is van oordeel dat [eiser] voor de helft (50%) eigen schuld heeft aan het ongeval. Hij is, zonder dat hij zich heeft vergewist van de diepte van het water, vanaf de kade het water in gedoken. Omdat hij de bodem van het water niet zag en het geen officiële zwemlocatie was had hij eerst moeten kijken hoe diep het water was. Omdat hij dat niet heeft gedaan, heeft hij niet de voorzichtigheid betracht die hij in acht had moeten nemen en daarmee in belangrijke mate zelf bijgedragen aan zijn ongeval. De rechtbank ziet wel aanleiding na weging van de omstandigheden van het geval een billijkheidscorrectie toe te passen, zodanig dat de omvang van de aansprakelijkheid van de gemeente c.s. op 80% wordt vastgesteld. De omstandigheden die aanleiding geven tot de correctie zijn met name de aard en de ernst van het blijvende letsel dat [eiser] op 29-jarige leeftijd heeft opgelopen en het gegeven dat de gemeente is verzekerd voor dergelijke schade.’

Gratis letselschadespecialist inschakelen

Ons telefoonnummer is 0800 – 44 55 000. Ons e-mail adres is info@letselschadespecialist.nl. Daarnaast kunt u een terugbelverzoek plaatsen door het onderstaande contactformulier in te vullen.

    Uw naam

    Uw telefoonnummer

    Uw e-mailadres


    Bron: www.rechtspraak.nl Rechtbank Amsterdam 21 februari 2024, ECLI:NL:RBAMS:2024:1019

    Als u door een verkeersongeluk of bedrijfsongeval letsel heeft opgelopen kunt u aanspraak maken op een schadevergoeding.

    Hoeveel claimen?

    Schrijf u in voor onze nieuwsbrief